In De zwerver wordt Hannes al na een half jaar gedumpt door zijn wat typische vriendin, Ines. Ze vindt dat hun karakters te verschillend zijn. Hannes zit in de put, maar wordt toch vriendelijk verzocht op te donderen.
Het blijkt een kantelpunt in hun beider levens. Hannes stapt op het vliegtuig en gaat mediteren bovenop een berg. Maar al na een half uur krijgt hij een heldere ingeving: ‘wat zit ik hier op die fucking kloteberg te doen?’
Voor Ines is de breuk een nieuwe afslag in haar veel te geordende leventje. Ze besluit haar keurige muiltjes in te wisselen voor de spreekwoordelijke stoute stappers en neemt haar intrek in de oude boerderij van haar opa, middenin het bos. Waar wordt niet duidelijk, maar ik gok diep in de Ardennen. Daar ontmoet ze op een koude decemberdag een vreemde snuiter. Ludwig, een oude zwerver die in ruil voor wat warmte, kost en inwoning de woning wel wil oplappen. Ines stemt toe en heeft er opeens een huisgenoot bij, die al snel wat vreemde trekjes blijkt te hebben. En ja, zie hem dan maar eens je boerderij uit te werken, midden in de wildernis.
Dan heb je hulp nodig. En wie bel je dan? Precies: je ex. De zwerver zet zo onbewust een merkwaardig proces in gang: de evolutie van een gecompliceerde relatie na een pijnlijke breuk. We zien hoe tekenaar Maarten De Saeger (1980) lastige karakters op tafel legt, die met al hun sociale beperktheid toch hun weg in het leven proberen te vinden. Onvervulde verlangens, daar niet mee om kunnen gaan of zien hoe je plannen in duigen vallen waar je bij staat. Pittige materie, maar heel handig in beeld gebracht door de man die al tal van nominaties voor zijn werk ontving.
Wellicht kent u De Saeger van zijn publicaties in tijdschriften als Zone 5300, Eisner en Humo, of zijn strip Mijn begrafenis uit 2015. Maar terug naar De zwerver. Minder geslaagd vind ik het een op een doorzetten van het Vlaamse taalgebruik. Een woord als neuskeutels is hartstikke grappig, maar schept afstand voor de Nederlandse lezer, evenals de kenmerkende Vlaamse grammatica. Gelukkig blijft het boek vlot leesbaar dankzij het toegankelijke tekenwerk. Soms expressief, dan weer ingetogen; soms ogenschijnlijk slordig, soms verassend gestileerd. Maar altijd zwart-wit.
Maarten De Saeger
Uitgeverij Bries
176 pagina’s / €20,- / Softcover
Deze recensie is ook gepubliceerd in De Boekenkrant van juni 2017.