Bézier, 2023: “Het is voorbij voor mij, kan ik het tenminste mijn uitgever vertellen? Zal ik kunnen tekenen in de gevangenis?” Dit was de eerste reactie van tekenaar Jean-Michel Arroyo in de rechtbank na zijn veroordeling tot een gevangenisstraf. Hij is veroordeeld voor huiselijk en seksueel geweld en doodsbedreigingen.
Door Bastiaan van Esch
Lees het volledige nieuwsbericht over de veroordeling van Jean-Michel Arroyo op de website van Stripspeciaalzaak. Dan volgt nu de oorspronkelijke recensie.
Parijs, 1950. De wijk Pigalle staat bekend om haar uitgaansleven en nachtclubs. Gangsters hebben er carte blanche. Antoine ontdekt het gaandeweg als hij zich in cabaret La Lune Bleue opwerkt en onderdeel wordt van de crime noir van de Franse hoofdstad. Denk aan de zwart-wit gangsterfilms en je hebt de sfeer van Pigalle, 1950 te pakken.
Antoine is een eenvoudige boerenjongen. Hij werkt in de regio Aubrac bij zijn neven in de kaasmakerij. Als jongste van het stel is de tiener verantwoordelijk voor verzorging van de varkens. Het is niet bepaald zijn droombaan en het liefste wil de jonge kaasmaker naar de grote stad trekken. Op zijn achttiende verjaardag voegt Twanne de daad bij het woord en vertrekt naar Parijs.
Twanne
Op het platteland werd hij steevast Twanne genoemd. In de Franse metropole is dit niet elitair genoeg en hij luistert al snel alleen nog maar naar ‘Antoine’ en later ‘Tony’. Bij zijn aankomst in Parijs wacht zijn neef Alric hem op in zijn eigen café. De uitbater geeft de jongen kost en inwoning en laat hem keihard werken. Zijn eerste opdracht: de kolenwagen volscheppen en om 6 uur in de vroege ochtend afleveren bij een van de grootste klanten: La Lune Bleue.
Een nieuwe wereld
In deze nachtclub zet Antoine zijn nieuwe bestaan in de steigers. Hij begint onderaan de ladder en werkt zich op van kolensjouwer naar deelgenoot in louche zaken. De crimineel in de dop doet hieraan mee omdat ‘de baas’, meneer Beau Beb, de naïeve boerenjongen goed kan gebruiken.
De nachtclub kent goedgevulde avonden, waarbij een gemêleerd publiek zich vergaapt aan de schaarsgeklede dames en waarbij de boven- en onderwereld elkaar ontmoeten. Antoine wordt uiteindelijk het lijdend voorwerp in een langslepende vete tussen de gangsters uit Parijs en Corsica.
Eerder en later
Na jaren kijkt hij terug op zijn leven en er valt hem één specifiek element op: de kabeltram op Montmartre daalt nog altijd af. De rest is vergane glorie en onderdeel geworden van de geschiedenisboeken.
Slowdown actie
Deze vertelling is voorzien van de nodige actie, maar verwacht geen John Wick-achtige taferelen. De uitwerking van de personages en de spanning die Pierre Christin in het scenario legt is uitgebalanceerd. Het hoeft niet constant te knallen. Een bewuste keuze van de scenarist. De karakters zijn uiteenlopend en logisch, maar niet saai. De verhaallijnen schakelen nooit door naar de hoogste versnelling, maar je blijft doorlezen. Wegleggen is geen optie.
Vertaling
De (op het oog) slordige vertaling is het enige puntje van kritiek. In een paar gevallen lijkt het alsof er woorden ontbreken. Voorbeeld: “Ik durf wedden dat die sukkels uit de bergen niet eens kunnen zwemmen”. Na overleg met de vertaler wordt duidelijk dat deze zin in het Vlaams correct is. Voor mij als Nederlandse lezer werkt het ontbreken van het woord ’te’ storend.
Sepia inkleuring met heerlijk toetje
Het tekenwerk van Jean-Pierre Arroyo is stijlvol en zit goed in elkaar. Het vloeiende lijnenspel in combinatie met de sepia-inkleuring is een schot in de roos. Met een crime noir sausje besprenkeld, waan je je constant in het (nacht)leven van een Parijs in vervlogen tijden.
Bitterzoet
Het slotakkoord is voorzien van een aantal paginagrote illustraties. Het betreft momenten die zich in het leven van Antoine hebben afgespeeld, maar die geen plek hebben gekregen in het uiteindelijke verhaal. Een toetje na een uitermate vermakelijk boek. Echter, de actuele gebeurtenissen zouden eigenlijk geen invloed moeten hebben op een oordeel. Maar toch werpen ze een schaduw over dit boek, want wat Arroyo deed is verwerpelijk.
Pigalle, 1950
Scenario: Pierre Christin
Tekeningen en inkleuring: Jean-Michel Arroyo
Uitgeverij: Daedalus
Vertaling: Dieter van Tilburgh
152 pagina’s / hardcover / € 30,50