Juliette, een ambitieuze jongedame, probeert journalist te worden. We geven het haar te doen, in het Parijs van 1938, waarin vrouwen maar één recht hadden. Sowieso was dat geen fijne tijd: de opkomende invloed van de Duitsers was voelbaar en de WereldExpo bood een mooie gelegenheid voor zaakjes die het daglicht niet kunnen verdragen…
Door Martijn Douma
We hebben het al wel eens gehad over de spinoff-reeks van Robbedoes en Kwabbernoot, getiteld Robbedoes door… (een verhaal van Robbedoes en Kwabbernoot), waarin diverse tekenaars op geheel eigen wijze een verhaal in het universum van deze twee figuren vertellen. Dat levert in de regel een frisse, nieuwe kijk op de aloude karakters op.
Ze noemden hem Rooie
Een van de meest geslaagde albums in de spinoff is ‘Ze noemden hem Rooie’, door Laurent Verron en Yves Sente. Daarin maakt een 14-jarig meisje, Juliette Santeloi, in 1929 een bootreis naar Amerika. Tijdens de reis komt ze een jongen tegen die aan het werk is als piccolo: hij mag de koffers van de gasten sjouwen. Ze beleven tijdens de overtocht naar de VS een spannend avontuur en er ontstaat een kalverliefde. Aan het eind van het verhaal zegt Rooie tegen Juliette dat ze journaliste zou moeten worden. Rooie stelt overigens de piccolo voor die Rob-Vel destijds geïnspireerd heeft om het stripfiguur Robbedoes te bedenken.
Naar meer smaken
Het karakter Juliette smaakte naar meer: toen Yves Sente voor het eerst zag hoe Verron haar tekende viel het hem gelijk op dat ze een eigen persoonlijkheid had. En voilà: een nieuwe reeks is geboren! ‘Ze noemden hem Rooie’ is daarom nu opnieuw uitgebracht als het eerste deel van de reeks Mademoiselle J.
Ik zal nooit trouwen
Het tweede deel, ‘Ik zal nooit trouwen’ speelt zich af in 1938. Juliette is 22 en zojuist afgestudeerd in de taalwetenschappen aan de universiteit van de Sorbonne. Ze krijgt het bijna aan de stok met haar vader, die wil dat ze haar aandeel in zijn bedrijf verkoopt aan een Duitser. Daar zit ze niet bepaald op te wachten, gezien de ontwikkelingen bij de Oosterburen. Bovendien ziet haar vader het liefst dat Juliette trouwt met een geschikte man. Maar dat ziet ze niet zitten: ze wil haar vrijheid en wil zich storten op het journalistenvak, terwijl ze af en toe de bloemetjes buitenzet met haar joodse vriendin Lea Vollak.
Toch maar trouwen dan?
Die geschikte huwelijkskandidaat komt trouwens alsnog de hoek om scheuren in de vorm van de welgestelde en knappe autocoureur Raymond de Boisseau. Een baan vinden blijkt lastiger te zijn: het door mannen overheerste journaille zit niet te wachten op een vrouwelijke snotneus, maar uiteindelijk vindt ze een baan. Haar artikelen ondertekend ze met ‘Mademoiselle J.’. Wanneer Juliette iets opvallends ziet tijdens een bezoekje aan de wereldexpo (het Duitse paviljoen?) ontstaat er een interessante situatie, die haar werk en verleden bij elkaar brengt. Een gevaarlijke situatie ook: er vallen doden! Juliette zal zich staande moeten zien te houden…
Vrouwelijke avonturenstrip
Yves Sente (Brussel, 1964) schotelt de lezer een verhaal vol vaart voor, in een bijzonder tijdperk. Met Juliette heeft de stripwereld er een sterke vrouw ‘in wording’ bij! Dat Sente sterk was in spanning en mysterie wisten we natuurlijk wel vanwege Blake en Mortimer, Thorgal en XIII. Hier zet hij, niet onverdienstelijk, een vrouwelijke avonturenstrip neer zonder dat het vrouwelijke karakter simpelweg door een mannelijke vervangen zou kunnen worden. Meer van deze graag! Daarnaast kent dit album genoeg leuke en opvallende figuren in bijrollen. Die zouden zo nog eens opgevoerd kunnen worden.
Tussen vuig en clean in
Eigenlijk beheerste Verron de typische ‘grote neuzen’-stijl van Dupuis al ten tijde van De Maltezer en Govert Suurbier (waarvan recent de eerste van 2 integrale uitgaven is verschenen bij uitgeverij Le Lombard). Maar dat zag er allemaal groezelig uit, een soort vuige variant van de Dupuisstijl. Dat hij goed kon tekenen was al wel duidelijk en dat bleek ook toen hij, rond 2002, het stokje van Roba mocht overnemen met Bollie en Billie. 8 albums heeft hij hiervan bij elkaar getekend – geheel in de stijl van Roba natuurlijk. Met Mademoiselle J. heeft hij een soort crossover tussen beide stijlen gevonden: minder groezelig dan zijn eerder werk, maar minder ‘clean’ dan Bollie en Billie. Het geeft zijn tekeningen een soort realisme mee dat nodig is in een serieus verhaal vol complotten.
‘Ik zal nooit trouwen’ is een heerlijk begin van een nieuwe reeks over een aanstekelijke en sterke vrouw. En toch ligt Mademoiselle J. geheel in de lijn van Dupuis’ actiereeksen. Ook prima te lezen zonder het eerste deel gelezen te hebben.
Tekst: Yves Sente
Tekeningen: Laurent Verron
Inkleuring: Isabelle Rabarot
Vertaling: Boom! Wingene
Uitgeverij: Dupuis
64 pagina’s / hardcover / € 19,95 / ISBN 9789031439041