Uur U 13. Een Franse monnik onderneemt een lange reis om namens de Grote Khan, de keizer van het gevreesde Stepperijk, met gevaar voor eigen leven een vredesboodschap over te brengen aan Frederik II.
Door Martijn Douma
Het eerste deel van dit tweeluik, Het stepperijk, draaide vooral om de aanloop naar de grote clash tussen de kruisvaarders en de Mongoolse horde en de vredesmissie van een tweetal monniken. De monnik Willem bevindt zich in dit vervolg aan het hof van Ögedei, de Grote Khan. Hij weet zijn vertrouwen te winnen en komt erachter dat het grote, machtige, stepperijk in werkelijkheid niet zo eensgezind en onverstoorbaar is als het uitstraalt.
Tussen twee vuren
Keizer Ögedei vreest tussen twee vuren te komen wanneer er zowel met het westen (Europa), als met het oosten (de Song, uit China) en met het zuiden (de Mammelukken, uit Egypte) oorlog wordt gevoerd – een roedel wolven kan immers maar één hert tegelijk aanvallen, aldus de Grote Khan. Zijn broer Chagatai denkt daar anders over. Daarom krijgt Willem de opdracht in het diepste geheim naar het westen te reizen, om een vredesboodschap aan Frederik II, ‘koning der latijnen’ over te brengen. Een nogal verrassende strategie van de Horde!
Frederik II
Dus vertrekt Willem, samen met Lian Son, een Song krijgster in dienst van de keizerin, en oude bekende Aleksandar, kapitein van de Witte Compagnie, met Palermo als eindbestemming. Een andere dynamiek dus dan in het eerste deel, dat vooral draaide om de krachtmeting tussen de kruisvaarders en de horde. Uiteindelijk belandt het gezelschap in het hof van Frederik II, die een van de meest geniale en veelzijdige vorsten van de Middeleeuwen genoemd wordt: Stupor Mundi, verbazing der wereld.
Origineel en interessant
Ook dit tweede deel leest lekker weg: de setting van het stepperijk, het Palermo van de 13e eeuw met al zijn intriges en verraad, de relatie met de gevluchte paus, inmenging van Venetië. Origineel, interessant, intrigerend. Dat dit allemaal gebaseerd is op historische feiten en personen maakt het extra smeuïg. En dan heb ik Frederik II zelf nog niet genoemd en het feit dat bijvoorbeeld de mythische figuur Pape Jan ook vermeld wordt. De verhoudingen tussen Willem, die zich als een goede, vreedzame, monnik wil gedragen, en de verleidelijke Lian Son en de vechtjas Aleksandar leveren uiteenlopende situaties op. Toch zijn er enkele kanttekeningen: het is vooral een ‘klassiek’ reisverhaal, het album is wat aan de lange kant en de afloop is wat minder bevredigend (maar wel verrassend). Al met al leveren Duval en Pécau hier wederom een prima, lezenswaardig, album af!
Tekenaarswissel
Opvallend: waar het eerste deel van dit tweeluik werd getekend door Guéra, is Igor Kordey voor deel 2 geronseld. Kordey kennen we van De verborgen geschiedenis en Marshal Bass. Het waarom van deze wisseling van de wacht is ons niet bekend. Maar de tekeningen van Kordey zijn ook in dit album fraai en lijken op die van voorganger Guéra, vooral doordat hij dit album minder in your face heeft getekend dan zijn Marshal Bass-albums. Wat hij daaruit wel heeft overgenomen: het spelen met de pagina-indeling: qua kaders is geen enkele pagina hetzelfde.
Tekenaar: Igor Kordey
Scenario: Fred Duval & Jean-Pierre Pécau, met assistentie van Fred Blanchard
Inkleuring: Jean-Paul Fernandez
Coverontwerp: Ugo Pinson & Fred Blanchard
Vertaling: Mariella Manfré
Grafische verzorging: Studio MYX
Uitgever: Silvester Strips
64 pagina’s / € 17,95 / hardcover / ISBN 9789463065030
[bol_product_links block_id=”bol_5c41ab54341de_selected-products” products=”9200000063690254,9200000104717064″ name=”Duval & Pécau” sub_id=”” link_color=”003399″ subtitle_color=”000000″ pricetype_color=”000000″ price_color=”CC3300″ deliverytime_color=”009900″ background_color=”FFFFFF” border_color=”D2D2D2″ width=”250″ cols=”1″ show_bol_logo=”1″ show_price=”1″ show_rating=”1″ show_deliverytime=”1″ link_target=”1″ image_size=”1″ admin_preview=”1″]